BoekhoudEsther
Description
BoekhoudEsther verzorgt al uw administratie, belastingaangiften en rapportages. Ook voor advieswerk kunt u bij ons terecht.
Tell your friends
RECENT FACEBOOK POSTS
facebook.comInvesteringsaftrek en desinvesteringsbijtelling U kunt als ondernemer financieel voordeel behalen met een aantal investeringsregelingen. Er zijn 3 soorten investeringsaftrek, en er is de VAMIL-regeling. Iedere ondernemer in Nederland die belastingplichtig is voor de inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting, kan deze regelingen gebruiken. Soms moet u investeringsaftrek terugbetalen, via de desinvesteringsbijtelling. Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek U komt in aanmerking voor kleinschaligheidsinvesteringsaftrek als u hebt geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen. Het bedrag dat u van de winst mag aftrekken, is afhankelijk van het totaalbedrag dat u per onderneming hebt geïnvesteerd. Maakt uw onderneming deel uit van een samenwerkingsverband, zoals een vennootschap onder firma of een maatschap? Dan berekent u de aftrek door een percentage te nemen van de totale investering van het samenwerkingsverband. Milieu-investeringsaftrek en VAMIL U komt in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek als u hebt geïnvesteerd in nieuwe bedrijfsmiddelen die het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en het Ministerie van Financiën hebben erkend als milieu-investeringen. Kiest u voor energie-investeringsaftrek? Dan kunt u geen milieu-investeringsaftrek krijgen voor diezelfde bedrijfsmiddelen. Bepaalde milieuvriendelijke investeringen komen ook in aanmerking voor de VAMIL-regeling (willekeurige afschrijving) Energie-investeringsaftrek U kunt hiervoor kiezen als u hebt geïnvesteerd in nieuwe bedrijfsmiddelen die het Ministerie van Financiën en het Ministerie van Economische Zaken hebben erkend als energie-investeringen. Kiest u voor energie-investeringsaftrek? Dan kunt u geen milieu-investeringsaftrek krijgen voor diezelfde bedrijfsmiddelen. Desinvesteringsbijtelling Hebt u bedrijfsmiddelen vervreemd (onder andere verkocht of geschonken) waarvoor u in vorige jaren investeringsaftrek hebt toegepast? Dan kan het zijn dat u een deel van die aftrek moet terugbetalen. Dit gebeurt via de desinvesteringsbijtelling.
De VAR gaat verdwijnen per 1 mei 2016. Opdrachtnemers kunnen dan geen VAR meer aanvragen. In de tussentijd is er een overgangsregeling. In plaats van een VAR kunnen opdrachtgevers en opdrachtnemers overeenkomsten gebruiken die door de belastingdienst zijn opgesteld of beoordeeld. Daarmee hebben zij zekerheid over de voorgenomen arbeidsrelatie. In samenwerking met externe organisaties heeft de belastingdienst algemene modelovereenkomsten opgesteld, op grond waarvan een opdrachtgever geen loonheffingen hoeft in te houden en te betalen. Deze overeenkomsten zijn niet voor een specifieke beroepsgroep. Om wat voor werk het gaat en binnen welke branche, is dan niet van belang. Deze overeenkomsten publiceert de belastingdienst op de internetsite. U vindt alle gepubliceerde overeenkomsten bij: Algemene modelovereenkomsten, voorbeeldovereenkomsten en individuele overeenkomsten. Legt u de overeenkomst niet voor aan de belastingdienst dan moet de opdrachtgever zelf bepalen of hij wel of geen loonheffingen moet betalen. Welke bepalingen daarbij een rol spelen, leest u bij Uw overeenkomst: wel of geen dienstbetrekking. Andere overeenkomsten dan gepubliceerde overeenkomsten Als een opdrachtgever en opdrachtnemer geen gepubliceerde overeenkomst kunnen of willen gebruiken, kan een opdrachtgever een eigen overeenkomst aan de belastingdienst voorleggen. Ook van deze overeenkomst zal de belastingdienst dan beoordelen of de opdrachtgever loonheffingen moet inhouden en betalen. Welke bepalingen een rol spelen bij de beoordeling, leest u bij Uw overeenkomst: wel of geen dienstbetrekking. Wordt er gewerkt volgens een overeenkomst die door de belastingdienst is opgesteld of beoordeeld, dan heeft de opdrachtgever vooraf zekerheid dat hij geen loonheffingen hoeft in te houden en te betalen. De opdrachtnemer is dan niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen (WW, ZW en WIA). Hij krijgt dus geen uitkering als hij werkloos, ziek of arbeidsongeschikt wordt. De beoordeling van de overeenkomsten zegt niets over hoe de belastingdienst de inkomsten van de opdrachtnemer zien. Pas bij het beoordelen van de aangifte inkomstenbelasting bepaalt de belastingdienst of de inkomsten gezien worden als winst uit onderneming of als resultaat uit overige werkzaamheden. Werken volgens een overeenkomst die door de belastingdienst is opgesteld of beoordeeld, zegt dus alleen iets over de loonheffingen en niets over het ondernemerschap van de opdrachtnemer. Als blijkt dat de manier van werken niet volgens de overeenkomst gaat en dat er toch sprake is van een dienstbetrekking, moet de opdrachtgever alsnog loonheffingen inhouden en betalen. De opdrachtnemer is in dat geval wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen. Van 1 mei 2016 tot 1 mei 2017 is er een implementatietermijn. In deze periode kunnen opdrachtgevers en opdrachtnemers eventueel hun werkwijze aanpassen om met de nieuwe overeenkomsten te kunnen werken. Tot die tijd houdt de belastingdienst toezicht, maar nemen ze nog geen repressieve handhavingsmaatregelen. Uiteraard blijven ze overduidelijke gevallen van fraude aanpakken.